Door de koude temperaturen en het natte weer is het niet de meest uitnodigende klus, maar ook in de winter kan je perfect snoeien. Veel bladverliezende struiken en bomen kan je ‘s winters snoeien, zodat ze in het voorjaar mooier bloeien. Er zijn wel een paar basisregels waarmee je rekening moet houden. Ontdek onze tips voor een goede wintersnoei.
Op een paar uitzonderingen na, kan je bijna alles snoeien in de winter. Maar van de esdoorn, berk, kastanje, walnoot en de haagbeuk blijf je beter af deze winter. De sapstromen zijn bij hen al op gang gekomen, dus die kunnen doorbloeden.
Als de struik vóór de langste dag van het jaar (21 juni) bloeit, dan snoei je die niet in de winter. De bloemknoppen van magnolia, boerenhortensia, brem, rododendron, sering of jasmijn zitten namelijk al aan de takken. Wél geschikt voor de wintersnoei zijn de struiken die na de langste dag bloeien: lavendel, hibiscus en vlinderstruik, etc. Zij krijgen hun bloemknoppen pas in het voorjaar.
Fruitbomen met pitvruchten (appel en peer) kan je tot februari snoeien. Met het snoeien van bomen met steenvruchten (kers, pruim, perzik en abrikoos) wacht je best tot in maart.
Kies een droge, vorstvrije dag om te snoeien. De snoeiwonden sluiten dan beter.
Er is een verschil tussen vormsnoei en onderhoudssnoei. De vormsnoei bepaalt de globale vorm van de plant en het aantal hoofdtakken dat je wil overhouden. Tijdens de onderhoudssnoei bepaal je de groeikracht, de bloei en de vruchtdracht. De onderhoudssnoei doe je best in de zomer.
De wintersnoei is belangrijk om nieuwe scheuten te stimuleren. Wil je weten hoe je dat best aanpakt? Vraag het ons via ons contactformulier of kom langs!